Ramadan en diabetes

Adviezen voor mensen met diabetes tijdens Ramadan:


Interculturele zorgconsulenten hebben een bundel met adviezen over diabetes en Ramadan ontwikkeld voor patiëntendie toch willenvasten. Vanuit de praktijk weten we dat veel diabetes patiëntenhun eigen risico's niet goed kennen. Zij vasten vaak zonder hun arts of behandelende diabeteshulpverlener te raadplegen.Wijadviserenhuisartsen en praktijkondersteuners het vasten minimaal 1 maand voor ramadan ter sprake te brengen en zo een persoonlijk plan te maken. U kunt onzetweetalige(Turks- Nederlands)adviezenhierdownloadenen meegeven aan uwpatiënten.

Ramadan en diabetes:
Voor patiënten is diabetes en ramadan een lastige maand, maar ook voor hulpverleners is het niet makkelijk om goede begeleiding te bieden. Tijdens de ramadan kan de zorgconsulent op verzoek van de huisarts en praktijkondersteuner individuele voorlichting geven in het Turks, Arabisch, Berbers, Nederlands of Engels, over medicatiegebruik, voeding, koolhydraten, leefregels en vrijstellingen tijdens deze periode.

Wat is Ramadan ?
Ramadan is de negende maand van de islamitische maankalender en begint als de nieuwe maansikkel aan de hemel staat. Vanaf dat moment mogen volwassen en gezonde moslims de gehele maand (29 tot 30 dagen), tussen zonsopgang en zonsondergang, niet eten, drinken, roken of seksuele omgang hebben.

Wanneer begint de Ramadan.

Dit jaar vindt de ramadan plaats van 10 maart tot 9 april 2024. De ramadan wordt na 30 dagen vasten periode afgesloten met het Suikerfeest. Omdat islamitische jaar in maanmaanden rekent valt de ramadan niet steeds in hetzelfde seizoen, maar verplaats jaarlijks met 11 dagen terug in de tijd.

 2025 1 maart, 2026 18 februari, 2027 8 februari, 2028 27 januari, 2029 15 januari, 2030 5 januari.

Suikerfeest: 10,11,12 april 2024

Wie is verplicht om te vasten.

♦Alle volwassen mensen die geestelijk en lichamelijk gezond zijn.
♦Kinderen die puberteit bereikt hebben; meisjes na de eerste menstruatie, jongens na de eerste zaadlozing.

Wie mogen niet vasten.

♦Mensen die chronisch ziek zijn en behandeld worden met medicatie.
♦Ouderen die te zwak zijn om te vasten.
♦Geestelijke gehandicapten.
♦Psychiatrische en dementerende patiënten.
♦Kinderen die de pubertijd nog niet bereikt hebben.
♦Zwangere vrouwen.

Wie hoeven niet te vasten.(tijdelijke vrijstelling)

♦Reizigers, mensen die op reis zijn.
♦Menstruerende vrouwen.
♦Vrouwen die borstvoeding geven.
♦Mensen die tijdelijk ziek zijn.

Diabetes en Ramadan.

Patiënten die een chronische aandoening hebben moeten altijd geadviseerd worden om niet te vasten. Met name bij mensen met type 1 diabeten en diabeten met al ontwikkelde complicaties is het van belang om het advies te handhaven en er niet van af te wijken om gezondheidsschade te beperken.

Bij type2 diabetes kan het vasten besproken worden en eventueel in goed overleg met de patiënt de medicatie aangepast worden.

Adviezen:

♦De begeleiding van diabetespatiënten gedurende ramadan is van essentieel belang. Het is van groot belang om als huisarts zelf initiatief te nemen om het onderwerp diabetes en ramadan bespreekbaar te maken. De patiënten zelf gaan er vanuit dat als de huisarts dit onderwerp niet bespreekbaar maakt, dat zij dan zonder problemen kunnen vasten.

♦Het is raadzaam familieleden/ interculturele zorgconsulenten van de patiënt bij de besluitvorming te betrekken, omdat die vaak op objectievere wijze de problemen kunnen benoemen. Huisarts kan ook de patiënt adviseren contact op te nemen met een imam als de patiënt twijfelt aan de mogelijkheid van vrijstelling.

Begeleiding bij voorbereiding.

♦Breng het onderwerp ' vasten tijdens ramadan' drie maanden voor het begin van de ramadan te sprake tijdens de driemaandelijkse controle.
♦Informeer bij de patiënt of hij/zij al eerder heeft gevast, vraag naar de ervaringen.
♦Beoordeel of er redenen zijn om patiënt te adviseren NIET mee te doen aan vasten.
♦Zorg dat er een goed beeld is van de gezondheidstoestand van de patiënt, zoals nierfunctie,HbA1c en bloeddruk.
♦Attendeer de patiënt op het risico op hypo/hyperglykemie en wat te doen als deze optreden.
♦Geeft de patiënt uitleg over het eventueel aangepaste medicatiebeleid tijdens het vasten en geeft dit advies op papier mee.
♦Leg de patiënt uit dat de eerste vier dagen van het vasten erg belangrijk zijn, en dat de bloedglucosewaarden regelmatig gecontroleerd moeten worden. In deze eerste vier dagen ervaart de patiënt hoe het lichaam reageert op het vasten.
♦Instrueer de patiënt hoe deze de glucose-dagcurve het beste kan uitvoeren tijdens ramadan.
Bijvoorbeeld; (Bloedafname en glucosemeting is toegestaan tijdens het vasten)
– Voor het ontbijt vroeg in de ochtend,
– Twee uur na het ontbijt
– Bij het middaggebed
– Voor het avondeten/ verbreken van het vasten
– Voor het slapen gaan
♦Adviseer de patiënt dringend bij klachten de glucose te meten, daarop actie te ondernemen en zo nodig contact op te nemen met de behandelaar.
♦Maak afspraken bij welke glucosewaarden de patiënt contact moet opnemen.
♦Maak afspraken voor de extra dagcurves tijdens ramadan en extra contactmomenten.

Begeleiding tijdens Ramadan.

♦Vraag de patiënt gedurende de eerste vier dagen van de ramadan tweemaal een dagcurve te maken
♦De patiënt op het spreekuur terug laten komen wanneer deze vier dagen heeft gevast, kijk naar de glucose dagcurve, beoordeel of het aangepaste medicatiebeleid gehandhaafd kan worden of aangepast moet worden.
♦Na de eerste vastenweek laat de patiënt gedurende de ramadan 1x per week eenmaal een dagcurve doen en doorbellen om te beoordelen.
♦Laat de patiënt gedurende de ramadan elke 15 dagen op het spreekuur terug komen.
♦Informeer naar het voedingspatroon
♦Informeer naar eventuele hypoglykemieen ( tijdstip en verloop hiervan)
♦informeer naar de tijd van medicatie gebruik ( soms komt het voor dat mensen uren na het eten pas medicatie gebruiken)
♦Zorg dat er een afspraak gepland wordt ruim 3 dagen na afloop van de ramadan. (niet tijdens de Suikerfeest, dan komt men niet)

Begeleiding na Ramadan

♦Instrueer de patiënt aan het eind van ramadan het oude medicatieschema te hervatten.
♦Vraag de patiënt circa drie dagen na het Suikerfeest een dagcurve te maken.
♦Beoordeel de dagcurve en pas op indicatie het medicatiebeleid aan.
♦Maak een afspraak om samen de ervaringen tijdens ramadan te evalueren.
♦Bepaal het HbA1c en vergelijk dat met de uitslagen van voor ramadan.

Bron: de Nederlandse Diabetes federatie en de Jan van Ooijenstichting


Nederlandse Diabetes Federatie:

Nederlandse diabetes federatie heeft een nieuwetoolkitgemaakt waar u als zorgverlener en patient veel goede informatie kunt vinden.


Voor meer informatie kunt u klikken op de onderstaande link.


https://diabetesfederatie.nl/ndf-toolkit-persoonsgerichte-diabeteszorg/diabetes-en-ramadan